Het verhaal van Tineke – Investeer in jezelf

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Tineke-Investeer-tijd-in-jezelf

Een Kijkje in het Leven van Tineke

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Tineke

Tineke heeft meer dan 20 jaar in de zorg gewerkt en heeft in dietijd heel wat veranderingen meegemaakt. Als ze kijkt naar de werkdruk op de locaties, dan is het daar na 20 jaar behoorlijk toegenomen. Bij haar start was er de hele dag begeleiding op de woning, om de was en allerlei zaken te regelen wanneer cliënten tussen 10 uur en 15 uur op de dagbesteding waren. 

Inmiddels word je alleen ingeroosterd wanneer de cliënt werkelijk aanwezig is en moeten de overige taken ook gewoon plaatsvinden tussen door. Gelukkig is er nu ook veel aandacht voor de welzijn van zorgmedewerkers en worden er allerlei mogelijkheden gecreëerd om medewerkers langer fit te laten werken. Tineke heeft recent ook een bijdrage geleverd aan het boek ‘een broer als Manuel’, waarin er ook aandacht wordt besteed aan veranderingen in de zorg de afgelopen jaren.

Binnenkort gaat Tineke met pensioen en kijkt ze terug op haar waardevolle carrière. Ze deelt graag haar ervaringen en levenslessen die ze door de jaren heen heeft opgedaan, en die ze nog steeds gebruikt om collega’s te inspireren. Zelfs in haar hobby’s blijft ze deze lessen delen, want die hobby’s zijn inmiddels een integraal onderdeel van haar werk geworden. 

De Overstap naar de Zorg

Op haar veertigste besloot Tineke de kinderopvang te verlaten en de zorg in te gaan. De overstap was makkelijk, vooral bij Triade Vitree, waar nieuw personeel welkom is. Helaas werd er destijds weinig gedaan om medewerkers te behouden. Gelukkig is dat door de jaren heen veranderd, en daarom werkt Tineke na meer dan 20 jaar nog steeds bij Triade Vitree. Haar carrière begon als woonbegeleider, en de ervaringen die ze daar opdeed, gebruikt ze nog steeds in haar huidige functie om collega’s aan het denken te zetten. 

De Afspraak van Mark

Een van de momenten die Tineke altijd bijblijft, is de situatie met Mark. Mark was een jonge man op de groep waar Tineke toen werkte. Een collega vroeg haar om Mark te vertellen dat zijn tandartsafspraak was verzet omdat de collega vrij had op de oorspronkelijke datum. Toen Tineke dit aan Mark vertelde, reageerde hij verbaasd. Hij zei dat hij liever had gehad dat de collega dit eerst met hem had besproken, omdat hij prima alleen naar de afspraak kon gaan. Deze ervaring leerde Tineke om beter te luisteren naar de behoeften van cliënten.

Drinkt Peter Koffie of Thee?

Een ander opvallend verhaal is dat van Peter. Ondanks dat Peter maagbeschermers gebruikte, zag Tineke dat hij elke dag koffie kreeg. Ze vroeg zich af of Peter zelf die keuze maakte of dat anderen aannamen dat hij koffie lekker vond. Tijdens een koffiepauze bood Tineke hem zowel koffie als thee aan, en tot haar verbazing koos hij steeds voor thee. Dit was voor Tineke een belangrijke les om niet zomaar aannames te doen over de voorkeuren van cliënten. 

Ik ben Kwiek

Binnen Triade Vitree is er een initiatief genaamd Ik ben Kwiek, waarin medewerkers hun hobby’s of andere vaardigheden kunnen delen met collega’s naast hun reguliere werk. Dit concept is gebaseerd op een voorbeeld van ASVZ Sliedrecht. Tineke verzorgt onder andere massages en schilderworkshops. Het idee is dat medewerkers hierdoor langer met plezier blijven werken. De eerste drie keer dat collega’s deelnemen aan een activiteit is gratis. 

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Tineke-Massage

De massages die Tineke aanbiedt, ziet ze als een goede investering van de organisatie in haar medewerkers. Ze helpen collega’s om op tijd aan de bel te trekken voordat ze vastlopen. Helaas merkt Tineke dat vooral de medewerkers die direct met cliënten werken en waarschijnlijk het meeste baat zouden hebben bij wat verlichting, te weinig gebruik maken van deze diensten. Dit kan komen door onbekendheid met het concept of door de hoge werkdruk. 

De Boodschap van Tineke

Tineke’s belangrijkste boodschap aan iedereen die haar verhaal leest, is om te investeren in jezelf. Jij bent het belangrijkste instrument in je werk, en om goede zorg te kunnen verlenen, moet je ook goed voor jezelf zorgen. 

Het verhaal van Femke – Waar trek je de grens?

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Femke

In deze verhalen reeks neemt Femke ons mee in haar ervaring als verpleegkundige die zelf een burn-out kreeg na haar zwangerschap. Het verhaal neemt ons mee in haar worsteling waar ze zelf de grens trekt en de uitdaging om de grenzen van de jongere generatie te accepteren.    

Woede, pijn, verdriet of onmacht

Sara, meisje, wat is er toch? Al wrijvend over mijn buik mompel ik deze woorden naar mijn ongeboren kind. Mijn lijf is zwaar en mijn benen werken niet mee. Ik kom geen stap vooruit. Ik hoor de stem van mijn collega vervagen. “Zwangerschap is geen ziekte”, deze zin blijft galmen in mijn hoofd. Dat zwangerschap geen ziekte is hoeft niemand mij te vertellen. Ik heb al twee bevallingen achter de rug en heb beide keren tot drie weken voor mijn bevalling gewerkt. Mijn handen trillen en mijn hart gaat tekeer. Misschien is het woede, pijn, verdriet of onmacht. Ik word overspoeld met emoties en ik ben te zwak om ertegen te vechten.

Ik heet Femke. Sara is mijn jongste kind en is inmiddels 4 jaar oud. Ik ben een trotse zorgmedewerker die tot het einde door knokt. Ik val er liever bij neer tot een collega mij ziet en zegt dat ik beter naar huis kan, dan dat ik mij vooraf ziekmeld. De zwangerschap van Sara heeft mij wel een wijze les geleerd.

Gemaakt voor de zorg

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Femke-Verpleegkundige Als kind zei mijn moeder altijd dat ik ook in het ziekenhuis moest werken. Zij was Leidinggevende van de schoonmaak en zag mij daar als verpleegkundige al lopen. Dat paste wel bij mij. al kinds af aan nam ik al dingen over als, mijn zusje verschonen als ze had overgegeven of haar een zetpil geven. Ik deed dat altijd, omdat ik het kon. “Jij bent gemaakt voor de zorg”, hoor ik mama nog zeggen. Het tienermeisje in mij wou niks anders, dan niet doen wat mama zegt.

Mijn besluit stond vast, ik ga geen opleiding tot verpleegkundige volgen. Totdat ik hoorde dat mijn nicht Liesbeth de opleiding verpleegkunde volgde aan het MBO. Toen besloot ik ook om verpleegkunde te studeren. Tijdens mijn stage maakte ik kennis met verschillende domeinen. Hierdoor ontdekte ik dat het ziekenhuis de perfecte omgeving voor mij is.

Huisje, boompje, beestje

Ik stortte mij volledig op mijn werk en bouwde tegelijk aan mijn eigen huisje, boompje, beestje toekomst. Het doorzettingsbloed stroomde door mijn aderen. Ik was er om te zorgen en liet mij niet makkelijk uit het veld slaan. Ook niet tijdens mijn zwangerschap, want zwanger zijn hoort bij het leven en onder die omstandigheden kon ik prima werken tot drie weken voor mijn bevalling. Mijn 0-urencontract, die in die periode normaal was, heeft ook bijgedragen aan de werkethos van die periode. Je werkte tot je er bijna bij neerviel, omdat je anders ook niks had.

Zwangerschap is (g)een ziekte

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Femke-Zwangerschap Tijdens mijn derde zwangerschap in 2019 ging het mis. Mijn 0-urencontract dat inmiddels was omgezet naar een vast contract gaf mij recht op zes weken verlof voor de bevalling. Door een tekort aan B-12 protesteerde mijn lijf enorm en werkte niet mee , zelfs lopen ging niet meer. Ik voelde mij klein en zwak vanbinnen. Er was heel veel druk om mezelf te bewijzen, opnieuw, alsof ik tijdens mijn vorige zwangerschappen niet tot het uiterste was gegaan. Ik werd nu behandeld alsof ik van een mug van een olifant maakte. “Niet zo aanstellen, je bent zwanger en niet ziek.” Zeven weken voor de geboorte van Sara meldde ik mij ziek. Het ging echt niet meer. Ondanks de ziekmelding kreeg ik vervangende opdrachten om uit te voeren en moest ik ook naar de bedrijfsarts.

Een burn-out

Na mijn zwangerschapsverlof begon ik weer met werken, helaas niet voor lang. Toen raakte ik echt opgebrand. Kleine Sara begon opeens dag en nacht te huilen. Als ik uitgeput thuiskwam van werk, moest ik weer nachtdiensten doen. Omdat mijn man ook onregelmatig werkte, was het moeilijk om stabiliteit in ons gezin te vinden. Het traject waarin ik belandde tijdens mijn burn-out is om te huilen. Onze bedrijfsarts, die objectief zou moeten zijn, werd sterk beïnvloed door de wensen van het management. Zijn aanpak was niet geleidelijk opbouwen, maar meteen weer aan het werk gaan en dan terugkomen als het toch niet lukt. Het begrip “burn-out” was voor hem ook niet bekend. Dat bestond niet in zijn tijd. Het is pas de laatste jaren opgekomen en hij vindt dat mensen zich niet zo zielig moeten gedragen.

Herstel en schuld

Zorghart-Flevoland-Verhaal-Femke-Zorg Nu ik volledig hersteld ben van mijn burn-out, betrap ik mezelf er soms op dat ik met twee maten meet. Vrouwen kunnen behoorlijk hard zijn voor elkaar. In mijn beroep zorgen we goed voor anderen en gaan we vaak tot het uiterste. Nu is er een generatie die daar anders over denkt. Ik zit er zelf tussenin. Ik begrijp niet altijd de keuzes van mijn collega’s die na een jaar na hun bevalling nog steeds niet volledig werken. Een avond volleyballen voordat je een ochtenddienst hebt, terwijl je aangepast werkt vanwege een verzwakt bekken… tja, dat begrijp ik niet. Ik denk dan dat de jongere generatie snel, misschien te snel, voor zichzelf kiest. Door mijn burn-out heb ik geleerd om mijn grenzen te bewaken en eigenlijk vind ik het goed dat de nieuwe generatie minder snel over hun grenzen lijkt te gaan, maar er is iets in mij dat zich daar toch aan ergert. Misschien omdat ik dan het gevoel krijg dat we het niet meer samen dragen en dat alles op mij aankom

Het verhaal van Anna over burn-outs om haar heen

Flevoland-zorgt-vitaliteitsplein-verhaal-Anna

Anna is een jonge vrouw van begin dertig die zich tijdens de pandemie heeft laten omscholen tot woonbegeleider in de gehandicapten zorg. Anna vertelt over de uitdagingen waar ze tegen aanliep tijdens de opleiding en hoe ze daarmee omging. Ook deelt Anna haar liefde voor haar werk middels praktijk voorbeelden. 

De lockdown

Vandaag heb ik een afspraak met Anna. Anna werkt nog niet heel lang in de gehandicapten zorg. Het begon tijdens de corona pandemie toen alles op slot moest. Ze werkte nog in een restaurant. De pandemie was voor Anna een goed moment om na te denken over de (onzekere) toekomst. Een goed gesprek met haar man Hendrik hielp haar de knoop door te hakken om een opleiding tot woonbegeleider voor mensen met een meervoudig handicapt te volgen. 

“Mijn verhaal is eigenlijk niet zo interessant” zegt Anna lachend wanneer wij het gesprek beginnen. “Het zijn eigenlijk mijn collega’s die je zou moeten spreken.  Die ene zit nu thuis met een burn-out, die andere ook…weer een andere is pas terug …en ook een andere …”  We barsten beide in lachen uit wanneer de telling maar blijft doorgaan. Maar grappig is het echt niet, ook niet voor Anna.

Omgaan burn-out (collega’s)

Flevoland-zorgt-vitaliteitsplein-verhaal-Anna-lucifers Ik vond het best wel lastig om bij een organisatie te werken waar zoveel mensen uitvielen. Ik zat namelijk nog midden in de opleiding toen ik in de zomer op locatie mocht en geconfronteerd raakte met een omgeving waar er zoveel uitval was. Misschien lag het aan de zomer, dat is namelijk een periode waar veel mensen op vakantie gaan. Iedereen vertrekt, behalve de cliënten. De werkdruk neemt toe doordat je met steeds minder collega’s door moet. 

Het was wel een worsteling, die confrontatie. Ik heb echt getwijfeld om door te gaan met de opleiding of misschien ergens anders in de zorg moest gaan werken. Alleen kwam ik er al heel gauw achter dat het overal wel een beetje het zelfde is. Gelukkig kon ik mijn onzekerheid met Hendrik delen en besloot ik om het ook bespreekbaar te maken bij mijn leidinggevende. Stel je voor dat je de begeleiding ook uitviel en ik mijn opleiding niet kon afronden, met de hele pandemie gaande maakte het best een ingewikkelde keus.

De burn-out van mijn collega’s stonden los van mij

Flevoland-zorgt-vitaliteitsplein-verhaal-Anna-kat Mijn leidinggevende gaf aan dat ze mijn bezorgdheid deelde, maar de burn-out van mijn collega’s stond los van mij. Het is vaak ook een combinatie van werkdruk en wat er privé speelt. En niet om mijn collega’s tekort te doen, ik heb best een stabiele basis thuis. Hendrik en ik hebben tot nu toe slechts een kat en kunnen samen nog veel leuke dingen doen buiten werk om. 

Vanuit het werk zijn er verschillende interventies gepleegd om ons weerbaarder te maken voor een burn-out. We kregen verschillende teambuilding en persoonlijke trainingen. Ze bleven ook hun best doen om de druk te verminder door actief te werven, helaas is het laatste minder succesvol. We hebben al ongeveer een jaar een openstaande vacature waar niemand op af komt. 

De gesprekken, trainingen en mijn stabiele thuisbasis hebben allemaal bijgedragen dat ik het traject succesvol heb doorlopen. Met mijn diploma op zak voel ik mij nu ook zelfverzekerder en wellicht bekwamer waardoor ik niet langer kijk naar een burn-out als iets wat ons allemaal zal overkomen. Ik onderschat mijn collega’s niet, maar ik zorg er wel voor dat ik ook goed voor mezelf blijf zorgen.

Zorgen over mijn toekomst

Ik ben blij dat ik niet heb toegegeven aan de onzekerheid waarmee ik het traject begon. Inmiddels al een paar maanden mijn diploma op zak, denk ik oprecht dat ik een van de mooiste banen heb. Door het tekort in de zorg maak ik mij niet langer zorgen over wel of geen burn-out krijgen, maar eerder over wie er voor mij zal zorgen wanneer ik het nodig heb. 

Mensen hebben een verkeerd beeld over werken in de zorg

Ik vertel mensen in mijn omgeving ook met trots wat ik doe en krijg meestal als reactie: ‘wat mooi dat jij het kan of doet, ik kan dat niet’. Wat kan je niet dat ik wel kan? Vraag ik mij dan af. Mensen hebben een verkeerd beeld over werken in de zorg. Ze denken vaak aan mensen verschonen, inco’s schoonmaken. Ja dat doe ik ook, maar ik doe veel meer dan dat. Een persoon heeft zoveel meer nodig dan verschoont worden, ook liefde en aandacht.

Mijn ervaring met Willy

Willy is een client met een meervoudige handicapt in een rolstoel. Ze kan wel praten, een paar woorden en als ze meer energie heeft kan ze ook zinnen uitspreken.

Het was ongeveer 15:00 uur toen ik bij haar begon. Ik haalde haar op bij de bus die haar net terug had gebracht van haar werk (de dagbesteding). We zijn toen wat gaan drinken, ze mocht dan even gaan tekenen, maakten een wandeling en ging nog even op het waterbed liggen. Tijdens het vouwen van de was, trok zij de handdoeken uit de mand en bij het afwassen legde ik steeds een bord op haar rolstoelblad waar ze nog even met een doekje overheen ging. Ik las heel veel boekjes voor, dat vindt ze heel leuk. Na het tanden poetsen, heb ik haar naar bed gebracht. Ik las nog een verhaaltje voor en toen weer even knuffelen en vroeg ik wat ze het leuks van die dag vond. “Anna, je hebt het goed gedaan vandaag bij mij”. Op dat moment smolt ik echt van binnen. Dat kwam echt aan. 

Die bewuste dag kon ik heel veel tijd aan haar besteden en daar was ze heel dankbaar voor. Die oprechte dankbaarheid die ze uitte raakte mij heel diep.

De zorg staat onder druk, pick your battles

Helaas staat de zorg wel onder druk en kunnen we niet altijd de tijd en aandacht geven aan de cliënten die we graag willen geven. Ik vind het heel vervelend wanneer ik thuiskom en denk dat ik die client minder aandacht hebt gegeven. Vaak zijn het cliënten die niet duidelijk kunnen aangeven wat ze willen. Ik heb weleens bij een client gestaan, die was meervoudig beperkt en kon niet in woorden aangeven wat hij nodig. Bij de andere client was het crisis situaties, daar liep het uit de hand en moest ik heel veel tijd aanbesteden. Toen kwam ik bij de andere client en die heeft anderhalf uur een filmpje zitten kijken. Ik voelde me toen echt lullig. Het zijn momenten waar je moet kiezen, of je laat het conflict uit de hand lopen of je probeert dat te sussen. Dit zijn de minder mooie dagen.

Afsluiting

Ik hoop dat ik met mijn verhaal mensen kan motiveren om ook in de zorg te werken. Het is mooi en waardevol werk. Je ziet mensen op hun kwetsbaars en je kan het verschil maken voor die persoon.

Het verhaal van Timo met verslavingsverleden

#zorghart campagne hero afbeelding Timo en Team

Timo weet als geen ander hoe het is om een verslaving te hebben en helemaal aan de grond te zitten. Hij greep naar drank en drugs om zijn emoties te verdoven. Totdat hij echt in een diep zwart gat belandde. Zonder werk, zonder inkomen en zonder opleiding. Nu helpt hij anderen om van hun verslaving af te komen. Dat doet Timo bij IrisZorg. Deze organisatie biedt verslavingszorg en maatschappelijke opvang in Lelystad. ‘Lange tijd wist ik niet wat ik wilde. Ik heb heel veel dingen geprobeerd. Nergens voelde ik echt een connectie mee. Behalve met de zorg. Ik kan mijn ervaringen nu inzetten voor iemand anders en daardoor is mijn verleden niet langer alleen maar negatief.’

Het verhaal van Timo

Het verhaal van Ellen over verandering

Afgelopen weekend was het raak. Zo ineens schoot ze in de rol van zorgverlener tijdens een familiefeestje toen haar oma hulp nodig had bij het aandoen van haar jas. Ze ging naast haar staan, ondersteunde haar onder de arm, begeleidde haar arm richting de mouw van haar jas en tegelijkertijd controleerde ze of de rolstoel op de rem stond. Ze begeleide haar weer richting de stoel, bewoog de voetsteunen naar voren en oma was klaar om te vertrekken. Handelingen die ze lang niet had gedaan of had hoeven doen en tegelijkertijd voelde het verbazingwekkend vertrouwd aan.

Van fysiotherapeut tot socioloog

Dit gebeurde tijdens een weekend in november ’23, het werk als fysiotherapeut ligt inmiddels al ruime tijd achter haar. Ellen is een jonge vrouw van 33 jaar oud, en heeft 5 jaar geleden besloten om te stoppen als fysiotherapeut om een opleiding sociologie te gaan volgen. Na een verrassende carrière switch tot onderzoeker binnen dezelfde zorg en welzijn sector waar ze ooit werkzaam was, heeft ze nu nog ruim 2 maanden om na te denken over een nieuw avontuur. 

Mijn ervaring: Een onvergetelijke eerste ontmoeting met mevrouw de Jong

Ik was 21 jaar, amper volwassen, toen ik begon te werken als fysiotherapeut in een zorgpraktijk. Ik was nog een puppy, volgens de vrouw die eigenaar was van een tattooshop, de vrouw die mij trof als fysiotherapeut. Ik weet het nog als de dag van gister. Ik opende de deur naar de wachtkamer en riep heel luid mevr. ‘De Jong’. Daar stond een vrouw op met blond haar, een breed postuur in een zwart shirt, waar haar armen vol met tattoos onder uitstaken. Ze liep naar me toe en zei: Ben jij de fysiotherapeut, moet jij mij gaan helpen? Ik voelde haar wantrouwen in mij en haar uitstraling in combinatie met haar houding, werkte intimiderend. ‘Ja’ zei ik, zo zelfverzekerd mogelijk. Ik liet haar voor gaan en terwijl we naar de behandelkamer liepen verzamelde ik moed om het aankomende halfuur goed door te komen. We gingen zitten, ik stelde vragen, zij vertelde. Ik kreeg al snel een beeld bij haar pijnklachten. Ik vroeg haar of ze haar shirt uit wilde trekken en op de behandelbank kon komen zitten. Waar normaal gesproken de huid en de spieren iets kneedbaar zijn, waren mijn handen geland op schouders die niet meebewogen. Deze vrouw heeft lang doorgelopen, met ik weet niet wat op haar schouders. In de hierop volgende behandelingen liet ik haar geleidelijk aan voelen hoe ze kon ontspannen en gaf ik haar oefeningen om zelf grip te krijgen op haar pijnklachten. We ontdekken samen haar balans tussen kracht en ontspanning. Gaandeweg begon ze me te vertrouwen, van een intimiderende vrouw veranderde ze richting mij in een oprechte toegankelijke vrouw. “Ik vond je echt een puppy” zei ze tegen mij: “maar je valt me alles mee”.

 

Beginjaren als fysiotherapeut

Mevrouw De Jong was een bijzondere cliënt, maar dat waren ze allemaal. De stratenmaker, de boer, de man die in scheiding lag, de vrouw met een druk gezin, de mantelzorger die zichzelf al jaren wegcijferde, de oudere vrouw die uitkeek naar jouw bezoek, de vertegenwoordiger, de jonge scholier en ga zo maar door. Unieke mensen die allemaal op zoek waren naar een manier om pijnvrij te kunnen leven.

Zelfstandigheid en werkdruk

Dit betekende voor mij dat ik als jonge pas afgestudeerde fysiotherapeut pittige dagen maakte. Ik had minimaal 16 cliënten per dag te behandelen binnen een halfuur. Een halfuur dat verreweg van voldoende was. Ik wilde mijn cliënten goed kunnen helpen, ik was ambitieus en de praktijk waar ik toen voor werkte, was even ambitieus. Ze wilde de beste zorg voor hun cliënten en wilde de beste praktijk worden in de omgeving. Ze kozen ervoor om een plus praktijk certificering te krijgen. Dit was een certificering die je kon ontvangen vanuit de zorgverzekeraar. In de praktijk betekende dit dat er steeds meer administratie bij kwam. Ik vond het contact met de cliënten waardevoller en belangrijker, waardoor ik veel administratieve werkzaamheden liet voor een later moment. Ik gebruikte uiteindelijk mijn eigen tijd om mijn werk af te krijgen. De dagen waren zo druk dat ik soms slechts 10 minuten had om te lunchen. Ik betrapte mezelf er weleens op dat ik de cliënten aan het aftellen was in mijn agenda en tegelijk voelde ik mij hier schuldig over. Ik wou er zo graag zijn voor mijn cliënten terwijl ik ook uit keek naar het einde van de werkdag. Tussen mijn cliënten door moest ik soms heel diep ademhalen om mezelf weer de moed te geven om door te gaan.[/caption]

Gezondheidsproblemen en zelfreflectie

Aan het einde van mijn werkdag was het thuis niet bepaald een feest. Als ik al niet met migraine platlag, zat ik wel op de bank en had ik helemaal geen energie om nog iets anders op te pakken. Op een dag was het zo erg dat ik uit de tijd ging. Opeens lag ik op de grond in de badkamer, Ellen, Ellen, hoor ik, ergens ver weg. Ik open mijn ogen en zag de paniek van mijn vriend, die gehurkt voor mij zat en mij wakker probeerde te schudden. Het voelde alsof ik een gekke droom had. Nu ik terugkijk zie ik dat ik ziek was, maar niet van een griepje. Ziek van het werk. Vlak daarna kwam ook het moment dat ik besefte dat ik niet langer door kon op die manier. Ik voelde mij kapot vanbinnen, de laatste maanden ging ik met lood in mijn schoenen naar het werk. Het halfuurtje dat ik moest rijden naar werk bracht ik huilend door.  Ergens schaamde ik mij, het voelde aan als falen. Wat was er toch mis met mij? Waarom kon ik het niet volhouden? Alle collega’s leek het wel te lukken, zij hadden hun administratie op orde en ik niet. Ik durfde het ook niet met hen te bespreken.  

Van eigen praktijk tot zzp'er: Balanceren tussen tijd en kwaliteit

Het is januari 2012 wanneer ik start met mijn eigen praktijk als fysiotherapeut. De werkdruk die mijn diepte punt werd, zou geen nekslag meer zijn. Nu had ik de ruimte om cliënten de aandacht te geven die ze nodig hadden. Dat gebeurde ook, heel lang zelfs. Maar na 5 jaar hield ik het voor gezien wanneer ik met mijn neus tegen de realiteit werd gedrukt. Financieel was het niet langer rendabel. In mijn nieuwe functie als zzp’er gaf ik mijn cliënten voldoende tijd. Ik trok minimaal een uur uit voor een cliënt, maar boekte steeds 1 sessie. Ik sneed mijn zelf in de vingers hierdoor. Een andere tegenvaller kwam nadat ik samen met een interdisciplinair team een pilot had ontwikkeld om revalidatie aan huis te bieden. Uit onderzoek kwam naar voren dat cliënten moeite hadden om de vertaalslag te maken om dat wat ze reeds konden in het revalidatiecentrum ook toe te passen in hun thuissituatie. Ik, samen met lokale therapeuten kwam met een nieuw concept waar cliënten gelijk in hun vertrouwde omgeving konden revalideren. Tot mijn grote verbazing en vreugde waren zelfs zorgverzekeraars enthousiast over het plan. Helaas bleef het afzien voor de revalidatiecentra. Het idee werd door hen verworpen waardoor er te weinig cliënten doorstroomden naar ons om thuis te revalideren. Na deze tegenslagen, besloot ik mij op een andere manier in te zetten voor de zorg. 

Revalidatie aan huis in 2023

Inmiddels 2023, socioloog en werkend als onderzoeker bij een zorg- en welzijnsorganisatie weet ik dat de wereld van de zorg veel complexer is. Keuzes die gemaakt worden door instellingen zijn niet altijd in lijn met de behoefte van medewerkers of cliënten. Maar groter is de verantwoordelijkheid die wij met z’n allen hebben om de zorg goed, toegankelijk en betaalbaar te houden. Nu en in de toekomst. 

Verantwoordelijkheid in complexiteit

De zorg staat onder druk. En deze druk rust al heel lang op de schouders van de medewerkers. Mijn zorghart klopt nog altijd en daarmee ook de passie voor de zorg die in mij leeft. Alleen weet ik niet of ik wel terug keer. Ik heb de zorgsector vanuit verschillende kanten meegemaakt. Door de werkdruk en de beperkte mogelijkheid om de noodzakelijke aandacht aan de cliënt te besteden heeft het zorg vak veel van zijn aantrekkingskracht verloren voor mij.